Begane grond

Het is zo’n kroeg waarover Carmiggelt zou schrijven dat de kastelein het zaakje zorgvuldig om zijn eigen verslaving heeft heengebouwd. De stamgasten zitten er vanaf openingstijd aan hun biertje vastgeklonken. Roken en drinken zich steeds grijzer, tot ze op een kwade...

Toerist

Zoals je soms na twintig kilometer snelweg uit de automatische piloot opduikt, zo vind ik mezelf terug op de bank. De zon ligt in lange banen te luieren op de houten vloer. Naast me de kittens, in slaapstandje negenenzestig. Het is zen all over, of wat daar in mijn...

Meisje van dertien

Ze draagt haar lijf alsof ze niet in het Soesterkwartier maar een videoclip woont. Ashley heet ze, Jennifer misschien – of een ander cliché uit de babynamen-top-tien van begin jaren negentig. Ik zie haar neonroze broek, het zonlicht van mei, de bakstenen muur. Ze...

Poging tot instinct II

En vechtlust. De botte wil te overleven. We zitten op de bank, met slapende poezen in het holletje van onze armen. Klein geluk in katformaat. Aike slaapt diep. Aike slaapt erg diep. Aike wil niet meer wakker worden. Haar borstje gaat pijlsnel op en neer. Als we haar...

Poging tot instinct I

‘Wat een zwijn, wat een tergend lekker zwijn. Wat een wild beboste doorluchtigheid schuilt er in zo’n compleet wild zwijn. Van voren een houwdegen, een wroeter, een trekker. Van achter een dame apart, met hoge hakken en dijtjes. En zo’n compleet wild zwijn kan...